Iconoclastische revolutie en anti-confucianisme

Tegen het begin van de 20e eeuw werd een verhoudingsgewijs kleine, nog steeds sociaal belangrijke dwarsdoorsnede van de traditionele elite van China (dwz landheren en bureaucraten) steeds sceptischer over de efficiëntie en zelfs de morele geldigheid van het confucianisme. Deze sceptische beeldenstormers vormden een recent segment van de Chinese samenleving, een nieuwe intelligentsia wiens komst - of zoals de Chinese historicus Maurice Meisner het zou bestempelen, hun afvalligheid - het begin inluidde van de vernietiging van de adel als sociale klasse in China.

De val van de laatste keizerlijke Chinese dynastie in 1911 markeerde het definitieve falen van de confucianistische morele orde en het heeft er veel toe bijgedragen dat het confucianisme synoniem werd met politiek en sociaal conservatisme in de hoofden van Chinese intellectuelen. Het was deze associatie van conservatisme en confucianisme die leende voor de iconoclastische aard van het Chinese intellectuele denken in de eerste decennia van de 20e eeuw.

Afbeelding 046B | Britse premier Winston Churchill, president van de Verenigde Staten Franklin D. Roosevelt en Stalin, de grote drie geallieerde leiders tijdens de Tweede Wereldoorlog op de Jalta-conferentie in februari 1945 | Amerikaanse overheidsfotograaf / publiek domein

Afbeelding 046B | Britse premier Winston Churchill, president van de Verenigde Staten Franklin D. Roosevelt en Stalin, de grote drie geallieerde leiders tijdens de Tweede Wereldoorlog op de Jalta-conferentie in februari 1945 | Amerikaanse overheidsfotograaf / publiek domein

Auteur : Willem Brownstok

Referenties:

Geschiedenis van het communisme en het marxisme-leninisme: Vanaf het begin tot verval

Varianten van het communisme in de wereld: Stalinisme, maoïsme en eurocommunisme

Reacties